Het mooist gelegen dorpje

10 november 2013 - Freycinet National Park, Australië

Als Nederlander kan ik best wat regen hebben. Ik zal er niet voor thuisblijven. Maar leuk is het niet. Vandaag rijd ik van Triabunna naar Swansea en dan wellicht verder naar Coles Bay. Ik hoor in het hostel al dat het bootje dat van een kleine landtong naar Coles Bay voer, niet meer gaat. Dat betekent een omweg van 30 kilometer extra. 

Ik stap op de fiets en het regent. Mijn broek wordt nat en het regent door. Ik rijd tegen een heuvel op en nog steeds regent het. Er zouden geen heuvels zijn, maar uit die droom ben ik in het hostel al geholpen. LP gaf aan dat het vlak zou zijn en ik vervloek mijn goedgelovigheid. Het regent maar door. De weg vindt de kust, meestal een teken van plat- en gladheid. Even gaat het goed, maar dan klimt de weg over een rotspunt heen. Ik stop even om bij een recreatieterrein de wc te bezoeken. Het regent.

Ik besef me plotseling dat al die afleidingen op een mooie dag redenen zijn om even te stoppen, te kijken, een foto te maken. Misschien stap ik af om ergens wat te eten. Misschien kijk ik gewoon even naar de zee, een heuvelrij, een vogeltje dat ergens op een paaltje zit. Vandaag zijn het hinderlijke onderbrekingen van dat ene doel dat ik heb, een dorpje om te overnachten. 

Inmiddels heb ik al lang besloten om in Swansea te slapen. Er is een hostel, dus een bed moet geen probleem zijn. Als ik eenmaal het dorpje binnenrijd (best aardig om in rond te lopen als het droog zou zijn), regent het nog steeds. Kletsnat weet ik het hostel te vinden, dat wel een beetje duur is. Maar de vriendelijke beheerder stookt het vuur voor me op en geeft me mijn eigen kamer. Ook vertelt hij me het geheim van de douches. Als je eerst de ene vijf minuten gebruikt en daarna de tweede, kan je tien minuten douchen. Ik heb het gevoel dat de eigenaren graag geld verdienen en dat de beheerder liever blije klanten heeft.

Ik deel het hostel met een oudere Engelsman, die ook graag loopt en fietst. Maar dan wel liever met goed weer, want ook hij is vandaag nat geregend. Samen drogen we op, morgen wordt het vast heel anders. 

Ik moet een beslissing nemen. Naar Bicheno en dan de dag erna terugfietsen naar Coles Bay, vanuit Bicheno met de bus een dagtrip doen naar Freycinet, of vandaag direct naar Coles Bay rijden. Ik twijfel door het weer. Als het net zo erg wordt als gisteren, heb ik na 40 kilometer wel genoeg gehad. Maar als het weer een beetje goed blijft, waarom zou ik dan niet doorfietsen?

Als ik vertrek, regent het licht. Mijn kleren zijn gedeeltelijk droog, maar ach, ze worden nat van de regen of drogen door mijn lichaamswarmte. En anders heb ik nog meer natte zooi. Volgens het weerbericht zal het nog een paar dagen regenen, maar ik heb inmiddels geleerd dat weerbericht te wantrouwen. Voor de lopende dag klopt het redelijk (ja, ik voel ook dat het regent of de zon schijnt), maar daarna wordt het onzeker. De lichte regen stopt en soms zie ik wat blauw en een vlaag zonlicht over een heuvel strijken. 

Mooi P1019186

Ik kruip tegen een heuvel op. Ik vermoedde dat er een zou komen en dat klopt. Deze brengt de weg terug naar de kust. Boven gekomen kijk ik uit over Moulting Lagoon en in de verte Freycinet. Het heeft iets paradijselijks, dit uitzicht. Ik zie alle kleuren groen, van het frisse gras tot aan het donkere boomgroen. Kleine meertjes in de voorgrond worden groter naar de achtergrond, tot aan de lagune zelf, waar jaarlijks vele vogels broeden en van veren verwisselen (moulting betekent rui). En in de verte zie ik de rotsige bergen van Freycinet, ingeklemd door zee aan beide kanten. Daar ergens kan mijn einddoel liggen. De zon schijnt inmiddels, soms onderbroken door een miezerregen. Ik heb al lang besloten vandaag Coles Bay te halen. 

Vlak voor ik de afslag neem, eet ik een aardbeienijsje. Het is heerlijk en de eigenaar glundert als ik het vergelijk met Italiaans ijs. Hij vertelt me meteen over de Italiaan die hem hetzelfde zei. Praat met Tasmaniërs over wat ze maken en ze zullen er met gepaste trots over vertellen. Alles smaakt hier beter en is zuiverder. Ze vertellen het zonder af te doen aan anderen. En ze hebben vaak gelijk...

Mooi P1019190

De zon doet steeds beter haar best. De weg is recht en plat, een heerlijke uitzondering in dit land verzot op stijgen, dalen en draaien. Zo kan ik een beetje snelheid maken. Soms stop ik even om van een boom in de verte te genieten. Noem dat het talent van de fotograaf, wij zien meer dan de normale mens. Wij letten beter op, zien waar het beeld in belans is en waar het bijna uit balans raakt. Dat is het moment om van je fiets af te komen. Zie daar het geheim van de smid, niets aan en makkelijk te leren. Ik doe er al mijn hele leven over.

Mooi P1019200

Aan het eind van de rit neem ik nog wat heuveltjes en dan ben ik er, het mooist gelegen dorpje van Australië. 

Het hostel zit behoorlijk vol. Ik loop naar binnen en word meteen staande gehouden door een Duits meisje. Ze fietst samen met haar vriendin de andere kant op richting Hobart. Ze wil graag weten hoe ver het is naar Swansea. 

Het gemak waarmee reizigers met elkaar praten heeft te maken met drie dingen: er is een gezamenlijk onderwerp om op gang te komen. Dat onderwerp gaat beiden aan het hart, want anders waren ze niet aan de reis begonnen. Gestelde vragen zijn “waar ben je geweest”, “hoe lang heb je”  en “waar ga je naartoe”. En dan is er het feit dat je open staat voor en nieuwgierig bent naar anderen. En wat je vertelt blijft anoniem. Je ziet je medereiziger nooit weer. Met dat laatste heb ik het nog wel eens moeilijk, vooral omdat je prachtige en lieve mensen tegenkomt.

Ik slaap in een kamer met twee oudere heren. Je komt ze hier geregeld tegen, de senioren die het er op gevorderde leeftijd van nemen en niet zielig achter de geraniums gaat zitten. Een van de twee heren komt uit Zweden, de andere is Australiër. Ik noem hem Phil, want ik kan geen namen onthouden. Hij is een oude rot in het reiswezen en doet veel aan wandelen. Praten doet hij ook veel, al versta ik ‘m niet altijd.

Aan de keukentafel wordt het deze avond gezellig. Een groepje Oostenrijkers met begeleiding heeft teveel spaghetti gekookt en iedereen (behalve ik, want er zit vlees in) eet mee. Een meisje uit Hong Kong heeft vandaag het beroemde strand van Wineglass Bay bezocht en foto’s gemaakt. Ik mag ze niet zien, want ze vindt dat het mijn bezoek van morgen zal verpesten. Een van de Duitse meisjes gaat na Tasmanië naar NZ. Ze is dolblij met het lijstje met verplichte kost dat ik voor haar maak. Ze heeft maar een maand, maar met een auto moet ze een eind kunnen komen. Het is een avond waar geen einde aan zou mogen komen. Maar dat einde komt altijd. 

Het is al laat en ik besluit mijn bed op te zoeken. De meisjes hebben een joint bij zich en nodigen mij en mijn kamergenoten uit om een pufje mee te doen. Ik laat het aan me voorbij gaan, maar de twee heren roken mee. Ik hoor nog lang giechelige geluiden uit de keuken.

Mooi P1019206

De hoogtepunten van een land vallen vaak tegen. Je ziet er teveel foto’s van en verwacht dat de werkelijkheid nog mooier zal zijn, maar dat is ‘ie nooit. Wat dat betreft het dat meisje uit Hong Kong gelijk. Maar ik ben al verpest, ik ben niet meer te redden voor de baai van het wijnglas. 

Het hele hostel vertrekt vandaag. Mijn kamergenoten gaan weg. Phil doet nog snel een rondje Freycinet, de meiden stappen op de fiets richting Swansea. Het meisje uit Hong Kong verdwijnt ook. Jammer, ze was leuk... Ik zwaai iedereen uit en stap dan op de fiets naar het Nationaal Park. 

Het is druk. De zon schijnt en dit is een van de hoogtepunten van Tasmanië. Het parkeerterrein staat vol en iedereen die voeten heeft, loopt de heuvel op richting het uitkijkpunt. Op een bordje staat dat de wandeling alleen geschikt is voor mensen die geen hartklachten hebben en een redelijke fitheid bezitten, maar daar lijkt niemand zich iets van aan te trekken. 

Sommigen lijken de klim werkelijk zwaar te vinden. Als ik bijna boven ben, hoor ik iemand zeggen: “houd vol, je bent er bijna”. Alsof ik aan opgeven dacht. Het uitkijkpunt staat vol met mensen, die allemaal dezelfde foto maken. De baai ligt er blauw en gebogen bij, zoals ik al op vele foto’s heb gezien. Ook ik maak de bekende foto, al vind ik een mevrouw die een foto aan een klein Chinees meisje laat zien, veel interessanter.

Mooi P1019219

Dit is het grote probleem met bekende plekken. Er valt niets te ontdekken. Iedereen weet het al, want iedereen is hier geweest. Natuurlijk is het uitzicht mooi, anders was het uitkijkpunt er niet. Maar ik geniet meer van de kleine dingen die ernaast gebeuren. De mevrouw met het kleine meisje, de mensen die vanaf het strand met matrassen en dekbedden omhoog zeulen, omdat ze geen gewone kampeerspullen hebben. Ik weet toevallig hoe fijn het is om in een tent onder een dekbed te slapen. Veel beter dan een slaapzak. 

Mooi P1019221

Ik daal af naar het strand. Dit is een zwaar pad dat alleen bedoeld is voor hikers. Ook daar trekt niemand zich iets van aan. Het lijkt alsof de beheerders van deze paden zich in willen dekken tegen klachten. Als iemand zijn been breekt, had hij beter op moeten letten. We hebben nog zo gezegd dat het zwaar was! Ik kan me er wel wat bij voorstellen. Als je ergens niet voor waarschuwt, heb je zo een schadeclaim te pakken. 

Mooi P1019244

Het strand is er een als ieder ander. Wit zand, ingeklemd tussen beboste rotsen. Ik trek mijn schoenen uit en loop met mijn blote voeten door het water. Het is de eerste keer dit jaar en het voelt heerlijk. Ik ben niet zo’n zwemmer, net als ik geen schaatser ben. Maar elk jaar moet ik mijn voeten nat hebben en op het ijs hebben gestaan.

Ik zit een tijdje op het strand, een beetje om me heen kijkend, de kaart lezend (ik koop van elk nationaal park waar ik kom een kaart, want dan weet ik waar ik ben), meeuwen plagend. Ik zou dit vaker willen doen, maar als je in een bos even stil staat ben je meteen omgeven door muggen. Daarbij komt dat ik onder muggen algemeen bekend sta als delicatesse. Mijn bloed is als een Chateauneuf du Pape van een uitstekend jaar. Straks in de bergen hoop ik dat het minder is... 

Nog zoiets waar niemand rekening mee houdt: het voeren van dieren. Waar het pad het strand bereikt, loopt een walabi rond die bij iedereen even komt snuffelen. Dieren doen dat vaak niet uit nieuwsgierigheid (alleen koeien hebben die gewoonte), maar omdat ze wat te eten verwachten.

Mooi P1019391

Zo kom je wel makkelijk aan je foto’s, maar ergens vind ik het verdrietig. Het is net alsof zo’n dier zichzelf verkoopt voor een stukje brood. Ik zou ‘m toe willen roepen: “doe het niet, je kunt zoveel beter!” 

Mooi P1019255

Om aan de andere kant van het schiereiland te komen, moet ik een stukje landinwaards lopen. Ik sta een paar keer stil om een plantje te fotograferen, maar meteen wordt ik door grote steekmuggen omgeven. Ik loop snel door. 

Mooi P1019283

Aan de andere kant wacht weer een strand. Ik verlang naar een strandtent, maar dat kent men hier niet. Mijn ogen zoeken naar schelpen. Per strand mag ik er een meenemen, anders zit ik straks met een zak vol. Er liggen veel waaierschelpen hier en ik kies een roze uit. Van de andere kant heb ik een witte met ribbels en een paar dagen geleden heb ik een kleine zwarte meegenomen. Eigenlijk moet je alles laten liggen, maar wat maakt een zo’n schelpje nou uit...

Mooi P1019292

Ik ben gewend aan eindeloze stranden. Ze eindigen in zee en in de verte zie je ze weer boven komen. Langs deze kust werkt het anders. Dit land is van rotsen gemaakt. Heuvels open uit in zee en tussen hun tenen ontstaan kleine strandjes. Aan het eind van zo’n strand moet je altijd weer over de tenen van de heuvels heen. 

Mooi P1019297

Er groeien lage, knoestige bomen op die tenen. Ze zijn van onder kaal en alleen de topjes van hun vingers zijn groen. Hun takken vormen het gewelf van een lange kloostergang. Het voelt hier oud.

Mooi P1019317

Over dit pad lopen al duizenden jaren mensen en dieren. Ik weet dat het niet waar is, maar waarom zou je het niet mogen denken? De mooiste paden brengen verhalen in je naar boven. Om de hoek wacht een struikrover en achter die boom staat een knoestig vrouwtje. Ze wil je een teennagel verkopen, maar je hebt er al tien...

Mooi P1019337

Ik begrijp meteen waarom een groepje jongens me met gemak inhaalt. Ze praten luid en marcheren me met gemak voorbij. Ze zien niets. Morgen kunnen ze hier weer lopen en alles voor het eerst zien. Alsof je in een nacht kan leren kijken. Aan het eind van het pad zie ik een rare plant. Het lijkt een palm, maar is het niet. Het is net zo hoog als ik. Op een bordje lees ik dat het een grasboom is en dat ze een milimeter per jaar groeien en dat het niet goed met ze gaat. Ik zie wat uitgebrande stompjes staan en besef dat daarmee duizenden jaren aan leven verloren is gegaan. Hoe jong zijn we dan en hoe beperkt is ons verleden...

Mooi P1019459

Het hostel is leeg, op een man na die alleen maar televisie kijkt en belt. Ik eet wat in de pub en ga vroeg slapen. 

1 Reactie

  1. Joke de Jong:
    23 november 2013
    mooie foto's en een groot plezier om te lezen.