Naar de Kribbeberg, deel 1

20 november 2013 - Evandale, Australië

Ik schrijf veel over wegen, dat heb je als je over reizen verhaalt. Ik ga in deze verhalen meestal ergens naartoe, kom ergens aan en vertrek weer. Het heeft iets eindeloos, want de horizon trekt met me mee. Nooit zal ik dat verre dunne lijntje bereiken. Toen ik aan deze reis begon, die vroege ochtend toen ik in Devonport op mijn fiets stapte, wist ik niet hoe moeilijk het zou zijn de draad van zeven jaar geleden op te pakken. Het nomadische gevoel, het leven van dag tot dag, dat is iets dat na dagen pas ontstaat. 

Ik merk dat ik veranderd ben. Ik ben doelgerichter geworden. Ik wil nog zoveel van het leven en daar passen lange reizen niet meer zomaar tussen. Misschien is dit wel de laatste keer. Ik wil schrijven, fotograferen, dagen in mijn atelier zitten en nieuwe dingen maken. Die dingen zijn ook een soort blog. Een blog van een reis die ik ga maken als ik terug ben. 

Maar voorlopig ben ik nog even aan het fietsen. Richting Cradle Mountain trek ik in zes dagen. Het zijn natte dagen, en de rit duurt langer dan ik verwacht. Ik rijd via Evandale en Deloraine naar Mole Creek, Gowrie Park en uiteindelijk Cradle Mountain. 

Mooi P1010078

Evandale is makkelijk genoeg. Vijfentwintig kilometer vormen de verbinding tussen westkust en oostkust. Ik vraag me even af waarom dit stukje geen onderdeel van de route is, maar tijdens de rit begrijp ik het. Er zijn weinig lelijkere stukken om te fietsen in Tasmanië. De klim uit Launceston valt nog mee, de buitenwijken staan vol met prachtige oude huizen. Ik krijg weer even zin om hier te wonen. In de heuvels zo’n vijf kilometer buiten de stad staan schattige victoriaanse cottages om een veld heen gegroeid. 

Als ik ooit zelf een huis bouw, moet het een cottage worden. Het zijn schattige kleine huisjes, met een veranda en een tuin vol bloemen er omheen. Een cottage bouw je eigenlijk niet, die zaai je. Goed bemesten met klei, leem en koekjesdeeg. Vooral niet snoeien, gewoon rijp laten worden. En als een cottage volrijp is, opent het vanzelf zijn deurtje voor je. Aan de muur hang ik plaatjes van Anton Piek en ik bak elke dag pannekoeken...

Mooi P1010070

Ik rijd door aftandse industriewijken (waarbij het enige lichtpuntje een Pizzahut is) tot ik langs Franklin House rijd. Het is wat groter dan een cottage. Ooit werd het met behulp van veroordeelden gebouwd. Zo ging dat, je werd in Engeland opgepakt voor een brood, werd naar Tasmanië gestuurd en dan uitgeleend aan een vrije pionier als hulpje. Je schrijft het anders, maar strafrecht en slavernij komen zo dicht bij elkaar... De eigenaar, zelf een voormalige veroordeelde, liet het huis bouwen om het te verhuren. Na een tijdje wed het verhuurd en uiteindelijk verkocht aan een leraar, die er een klein internaat van maakte. De groten der Tasmaanse aarde kregen hier hun eerste onderricht. Aan de overkant van de straat bouwde de meester een kerkje voor zijn vrouw, de jongens die hij onderrichtte en het dorpje. Het kerkje en het huis staan er nog, omringd door vierkante bouwsels. Gelukkig heeft geschiedenis hier gewonnen van vooruitgang. Vooruitgang en achteruitgang, het enige verschil is de grootte van de deur...

Mooi P1010071

Wel fijn, de weg is plat. In de komende dagen zal dat veranderen. Ik rijd langs velden met klaprozen. Die groeien hier niet voor niets, er wordt legaal opium van gemaakt. Het schijnt dat 40% van de legale opium uit Tasmanië komt. Je mag er als leek niet aankomen, want het roken van een klaproos kan dodelijk zijn. 

Als ik in Evandale kom, blijkt het dorpje geen geldmachine te hebben. Ik laat mijn spullen in het hotel en rijd vijf kilometer terug naar het vliegveld van Launceston. Handig dat er een vliegveld in de buurt is, want anders had ik niet kunnen betalen. De laatste kilometers tussen vliegveld en Evandale zijn weliswaar niet spectaculair, maar het asfalt is rustig en de velden glooien vriendelijk. De greep van de stad geldt hier niet meer. Zo geeft het me een beetje rust als ik het voor de derde keer rijd. 

Mooi P1010080

Evandale is klein en historisch. Ik eet veel te veel bij de bakkerij (hemelse slices), fotografeer een kerkje en een watermolen en probeer de ontdekker van tinerts te vinden op de begraafplaats. Dat laatste lukt niet erg, de grafstenen zijn te erg verweerd. Apart hoe het Herdenkingsveld van Evandale, waar je kan picknicken en barbequeën, ook de historische begraafplaats is. Zou je karbonaatje nog lekker smaken? Doe mij maar een banaan...

Mooi P1010074

De volgende dag regent het. Ik besluit toch een stuk te gaan fietsen, maar al snel ben ik doornat en besluit ik om tweintig kilometer verder in Longford te stoppen. Ik rijd langs twee oude boerderijen die bekend zijn vanwege hun relaties met het convict-verleden van Tasmanië. Ik neem wel even een kijkje, maar het regent zo dat een bezoek niet veel plezier oplevert. Jammer, want er is hier veel te zien en te wandelen. Met mooi weer moet het heerlijk zijn.

Ik merk dat vaak, als een reis vordert vallen de gaten. In het begin kan je die gaten nog stoppen met een extra dagje hier of een uurtje daar. Maar er komt een punt dat je iets ziet of leest dat je graag zou willen bezoeken. Geef er aan toe en het kost je drie dagen, waarin je iets had gepland waar je veel zin in had. Misschien moet ik standaard een extra maand inplannen voor uitloop. 

Longford is een historisch dorp, maar ik interesseer me alleen voor het hotel en de supermarkt. Morgen richting Deloraine, waar ik graag wat dagen eerder was geweest.

Het is droog! Ik heb het profielkaartje van de rit naar Deloraine bekeken en die ziet eruit als een lijn met aan het eind een rechtopstaande punt. De eerste veertig kilometer vliegen dan ook voorbij. Het is fijn als je op de fiets kunt doen waar het ding voor gemaakt is. Ontspannen voortglijden door een landschap dat glooit en glijdt. Zo hoort het. De Great Western Tiers komen steeds dichterbij, een muur van bergen van meer dan 1000 meter hoog. Ik zal er nu nog langs schampen, maar eens moet ik omhoog, richting Cradle Mountain. 

Vreemd hoe een dag gevuld met fietsen zo eenvoudig en zonder spanning kan zijn. Er gebeurt niets en toch vermaak ik me uitstekend. In mijn achterhoofd zit die rechtopstaande punt. Die komt dichterbij, steeds dichterbij. Het is misschien geen gevoel van dreiging, maar een van onzekerheid. Gaat het me wel lukken, die klim. Ben ik wel in Deloraine voor het donker wordt, is er dan nog plek in het hotel, moet ik niet even bellen? 

Mooi P1010089

In Liffey begint de klim, denk ik. De weg verandert in gravel en gaat omhoog, zo zou het moeten zijn. Ik ben klaar voor de klim, niet voor een eindeloos voorspel van omhoog en omlaag op een asfaltweg die al lang gravel had moeten zijn. Het is soms vermoeiender om te moeten wachten op het zware werk dan om het werk zelf te doen. 

Mooi P1010093

Uiteindelijk verandert asfalt in gravel en begin ik te klimmen. Het is steil en ik heb moeite de fiets omhoog te krijgen. Ik heb het gevoel misschien tien meter te klimmen voor ik weer uit moet rusten. Waar ben ik aan begonnen, wat doe ik mezelf aan? Zeshonderd meter omhoog, daar zouden Nederlanders toch niet aan moeten beginnen? Maar ik ben een Gelderlander en wij hebben heuvels. Ja, vijftig meter hoog, dat stelt niets voor. Zo discusieer ik met mezelf terwijl ik langzaam maar zeker omhoog trek. Elke stap is een stap. 

Ik had meer top verwacht. Ik sta boven, maar er is hier niets te zien. Wat boerderijen langs de gravelweg, die hier blinkend wit is. De zon doet zijn best me ermee te verblinden. Een bordje zou leuk zijn geweest, “Top, 600 meter. Goed gedaan, hoor.” Ik glijd naar beneden, verwachtend dat het leed nu is geleden. Ik laat de gravelweg achter me, verorber wat kleine hobbeltjes, geniet van de wind in mijn haar en de rand van de weg, die als een waas aan me voorbij schiet. 

Vertrouw nooit een profielkaartje. Geen idee hoe het heeft kunnen gebeuren, maar er is toch weer een heuvel. Een kleintje, goed, maar ongewenst en onverwacht. Het is de laatste en ik glijd Deloraine binnen. Al snel vind ik mijn hotel, dat beneden prachtig en boven in staat van restauratie is. Dat houdt het mooi betaalbaar.

4 Reacties

  1. Barbara:
    9 december 2013
    Dag Ruud,

    Terwijl je de twijfels rondom de klim in je gedachten laat spelen, ben ik mij aan het voorbereiden op twee weekjes wonen in Arnhem. Vanaf morgen heb ik de sleutel en ben ik Arnhemse. Marco komt de weekenden langs, zodat er ook nog genoeg tijd over is om aan het werk te kunnen gaan. Bedankt voor deze mogelijkheid.
    Groeten

    Barbara
  2. Joke de Jong:
    9 december 2013
    daarnet de kerstkaarten op de post gedaan, daarom voor jou bij deze een Happy Xmas gewenst, maar dat zal wel lukken. Heb ik altijd van gedroomd, kerstmis op een strand, doe jij het dan maar en vertel ons er over. Veel groeten vanuit een grijs en koud engeland.
  3. Arjan van etten:
    9 december 2013
    Hoi,

    Ben net terug van het weekendje Leeuwarden met Wim en Johan. Leuk ! Hebben het planetarium in Franeker gezien. Erg mooi ! En het Fries museum.

    Volgend jaar dan misschien Dublin.

    Veel plezier met je reis en goed om het doel en waarom van je leven te overdenken.

    Groetjes, Arjan.
  4. Inge van Maarseveen:
    9 december 2013
    Hoii Ruud,
    Heerlijk om weer met je mee te mogen kijken in jouw leven van nu. Goed om te lezen dat je de tijd en gelegenheid hebt om het leven te overdenken. Dat zouden we allemaal eens moeten doen op z'n tijd..... Veel plezier nog en ik hang aan je lippen voor je volgende verhaal.

    Liefs,
    Inge