Hop en zo

18 december 2013 - Mount Field, Australië

Na twee dagen ben ik het zat. Ik heb nog vijf dagen en plannen voor tien. Ik kies ervoor om in ieder geval Mount Field National Park te bezoeken. Ik zal daar proberen om alsnog een berg te beklimmen en mijn eer te redden.

Ach, deze weg is bekend. Een stuk heb ik gelopen, een stuk gefietst en een stuk gelift. Ik reig de losse stukken aan elkaar. Soms is dat nodig, want anders hangt een reis als los zand aan elkaar. Wat dat betreft is reizen, zeker voor wandelaars en fietsers, vaak een soort verzameling. Als je niet alles fietst, heb je de verzameling niet compleet en vallen er gaten in je stickerboek. Ik houd mezelf altijd voor dat ik de gaten altijd nog kan dichten op een latere reis...

Ik ken de weg en dus schrik ik niet van een paar heuveltjes onderweg. Het is een agrarisch landschap, met boerderijen, velden en akkers vol hop. Het is een belangrijk landschap, want dit is de grootste hopregio van het zuidelijk halfrond.

Mooi P1011393

Hier wordt heiligheid verbouwd, dat omgezet wordt in hemels water met de kleur van goud, fluweel en koffie. Och, mijn bruisend bier, hoe graag zet ik u aan mijn lippen! 

Mooi P1011394

Pas in Westerway wordt het spannend. Bij het wegrestaurant staat een fietser met twee mensen te praten. Als ik wat dichterbij kom, hoor ik dat het Nederlanders zijn. Hoe vaak kom je een fietser tegen, hoe zelden is het een Nederlander. Hij heet Onno en hij gaat dezelfde kant op. Ik ben niet van het samen fietsen en hij gelukkig ook niet, maar we zien elkaar op de camping bij Mount Field. 

De weg voelt als een fuik. Hij klimt bijna onmerkbaar omhoog met bos dat steeds verder de weg omklemt. Dit is de weg naar Strathgordon, het einde van de wereld. Zo ver zal ik ‘m niet volgen, dat laat ik liggen voor een volgende keer. Zeven kilometer verder ligt Mount Field National Park. 

Ik had vandaag graag het wildparkje bezocht dat hier in de buurt moest zijn, maar het blijkt gesloten. Het is mijn laatste kans om in Tasanië een Tasmaanse Duivel te zien en die is nu verkeken. Nu heb ik als vegetariër niet zo veel met vleeseters. Ik vind niet dat je instinct aan kan halen om het dierenleed goed te praten dat leeuwen en tijgers bij hun prooi teweeg brengen. 

Er sluit veel op dit eiland en er staat ook veel te koop. Soms denk ik dat het goed is dat ik er nu ben, want over een half jaar is alles gesloten of verkocht aan iemand die niet van Tasmanië houdt...

Mijn laatste stukje natuur, ik zie het opdoemen als een park met groene bomen rond een ruim groen veld. Als ik mijn ogen dichtdoe, zie ik schattige huisjes staan rond het dorpsveld. Maar die huisjes staan er niet en ik vraag me af hoe men dat gras zo kort houdt. Het zullen vast de echidna’s zijn.

Mooi P1011403

Ik stel mijn mening over kamperen een klein beetje bij. Als het weer mooi is en het gezelschap goed, als de douches heet zijn en de wasmachine vrij, als er bier is in het café en een tafel bij de tent, dan valt kamperen best mee. Ik zet mijn tent op naast die van Onno en daarna gaan we samen wat biertjes doen. Daarna zitten we tot laat naast de tent te kletsen over Tasmanië en andere belangrijke dingen.

1 Reactie

  1. Sjoerd:
    31 december 2013
    Ik geloof dat maar een reactie op zijn (of haar) plaats is: CHEERS!